Klimaatneutraal betekent dat de uitstoot van broeikasgassen in een bepaald gebied of systeem in evenwicht is met de hoeveelheid broeikasgas die wordt opgenomen of vermeden. Dit kan worden bereikt door de uitstoot van broeikasgassen te verminderen of door activiteiten te ondernemen die broeikasgasopname of -opslag bevorderen. De term wordt vaak gebruikt in verband met klimaatbeleid, waarbij landen of bedrijven zich committeren om klimaatneutraal te worden.

Het bereiken van een klimaatneutrale status betekent het verminderen van de broeikasgassen uitstoot tot een zo laag mogelijk niveau, of zelfs tot nul. En het compenseren van de resterende uitstoot door middel van klimaatacties zoals bijvoorbeeld het planten van bomen, ontwikkelen van duurzame energie, of het gebruiken van methoden zoals carbon capture and storage (opslag van koolstofdioxide).

Het is belangrijk om op te merken dat klimaatneutraalheid een continue proces is waarbij streefdoelen worden bepaald en voortdurend wordt geƫvalueerd en bijgesteld. Dit is vanwege de complexiteit van de aard van klimaatproblemen en de technologische ontwikkelingen die nodig zijn om deze aan te pakken.